Bij het praktijkexamen voor het behalen van het motorrijbewijs is de juiste uitrusting van cruciaal belang. Het CBR (Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen) benadrukt het belang van passende kleding die voldoende bescherming biedt, vooral gezien de diverse weersomstandigheden en mogelijke risico’s op de weg.
Volgens de richtlijnen moeten kandidaten voor het motorpraktijkexamen de volgende uitrusting dragen:
Een goedgekeurde motorhelm met ECE-keurmerk, voorzien van een vizier en een sluiting om de helm stevig op het hoofd te bevestigen. Als een helm zonder vizier wordt gedragen, moet een (zonne)bril worden gedragen.
Stevige schoenen die de enkels bedekken en beschermen.
Handschoenen die de handen en polsen volledig bedekken en beschermen.
Een broek die de benen volledig bedekt en beschermt.
Een jas die het bovenlichaam en de armen volledig bedekt en beschermt.
Daarnaast moet de beschermende kleding, handschoenen en schoeisel speciaal ontworpen zijn voor motorrijders, voorzien zijn van protectoren en CE-gecertificeerd zijn.
Het CBR waarschuwt dat kleding die niet voldoet aan deze eisen, niet direct garantie biedt op voldoende bescherming bij contact met het wegdek of de motor. Het is de verantwoordelijkheid van de kandidaat om de risico’s van het dragen van niet-gecertificeerde uitrusting te aanvaarden.
De examinator zal controleren of de kandidaat de juiste uitrusting draagt voordat hij of zij aan het praktijkexamen begint. Enkele voorbeelden van niet-toegestane uitrusting zijn onvoldoende warme kleding bij koude omstandigheden, een beschadigde of te grote helm, schoenen zonder adequate enkelbescherming, en een spijkerbroek zonder slijtvast materiaal zoals kevlar, Cordura of Twaron.
Het CBR benadrukt dat het naleven van deze richtlijnen essentieel is voor de veiligheid van motorrijders en andere weggebruikers.
Neem contact met ons op!
Denk jij er aan om je rijbewijs te halen? Neem dan contact met ons op voor meer informatie.